Als belegger bestudeer ik al jaren de strategieën en beleggingsfilosofieën van de grote waardebeleggers. De discussie tussen groei en waarde heeft mij altijd geïntrigeerd.
Ik schreef onlangs een artikel over kwantitatief of kwalitatief beleggen en de discussie tussen groei en waarde is gelijklopend. De beste groei beleggers zijn goede bedrijfsanalisten… ze moeten dat zijn. Het is makkelijk om een groeibedrijf te vinden, maar het is zeer moeilijk om in te schatten of dat bedrijf zal blijven groeien tegen een tempo dat hoog genoeg is om de huidige waarderingen te verantwoorden.
Het bewijs hiervoor is dat niet iedereen Apple en Lotus Bakeries in zijn portefeuille opnam. Priced for perfection zo kan je hun waarderingen noemen, maar wie kon op voorhand voorspellen dat ze het ook perfect gingen doen? Kortom bij groeibeleggen is er een groter vertrouwen in de kunde van de analist in het evalueren van de zakelijke vooruitzichten.
Een deep value belegger (iemand die enkel voor de absolute koopjes gaat op basis van tastbare waarde), aan de andere kant, kan een balans analyseren en bepalen of de waarde van het aandeel meer is dan wat een eigenaar van een privébedrijf ervoor zou willen betalen.
Zoals Warren Buffett het verwoordde “ De cijfers moeten zo duidelijk zijn, ze moeten je tegen je hoofd meppen met een baseball bat.”
De twee denkwijzen zijn vaak zo verdeeld, groei of waarde. Maar Buffett zegt dat dit eigenlijk een verkeerde denkwijze is. In een van zijn brieven aan de aandeelhouders van Berkshire schrijft hij er over dat deze twee manieren zoals een Siamese tweeling zijn. Volgens Buffett is groei een factor die een noodzakelijk onderdeel is om de waarde te bepalen.
Deze mening ben ik ook toegedaan, maar ik denk ook dat Buffett zijn manier van denken over de jaren voor een deel gewijzigd is door het toevoegen van ervaring op gebied van zakendoen en analyseren, en deels door zijn snel groeiende vermogen (Hierdoor werd het moeilijker voor hem om te beleggen in kleine, deep value beleggingen die heel winstgevend voor hem waren in het begin van zijn carrière).
Hoe lang houden
Een verschil tussen de twee methodes is de termijn dat ze de aandelen houden. Een bekende uitspraak van Buffett is dat zijn favoriete periode om te houden “voor altijd” is. In de brief aan de aandeelhouders van Berkshire uit 2010, praat hij erover dat zijn belegging in Coke binnenkort jaarlijkse dividenden zal betalen die gelijk zijn aan zijn originele belegging. Dat is de kracht van samengestelde intrest en het jaren bijhouden van een geweldig bedrijf.
Deze manier van beleggen vraagt ook minder onderhoud. Koop een groep van geweldige bedrijven en houd deze voor altijd bij, herbeleg de dividenden en laat de kracht van samengestelde intrest zijn werk doen…, maar natuurlijk is dit makkelijker gezegd dan gedaan.
Walter Schloss een andere bekende waardebelegger, deelt de mening van Buffett niet als het gaat over de periode om te houden. Hij vertelde dat hij zijn beleggingsportefeuille beheerde zoals een “manager van een kruidenierszaak”. Hij koopt goederen met de intentie om deze later met winst te verkopen. En deze strategie heeft ongelooflijk goed voor hem gewerkt.
Hij vond ook dat zijn manier veel makkelijk uit te voeren was dan deze van Buffett, het vraagt veel minder analytische voorspellingen en vooruitzichten. Het is gewoon simpele wiskunde en het onder controle houden van emoties (kunnen kopen als er problemen zijn en verkopen als er euforie heerst.
Kijk naar de lange termijn grafiek van Coca-Cola:

Coca-Cola was een 10-bagger (steeg met 1000%) in de jaren 1990 toen Buffett deze kocht. Het aandeel was duidelijk ondergewaardeerd in de jaren 1980 en 1990, maar als we kijken na 2000 en verder, dan is het niets om wild van te worden.
Waarom? Coca-Cola werd extreem duur eind jaren ‘90 toen het tegen meer dan x40 de winst noteerde, met een groei die waarschijnlijk maar een kwart van deze waarde kon goedmaken met de tijd.
Graham zei “Bijna alle aandelen hebben een prijs waaraan ze zo goedkoop zijn dat ze gekocht moeten worden, en ze hebben ook een prijs die zo duur is dat ze verkocht moeten worden”
Net zoals Schloss kocht hij 47-jaar lang goedkope aandelen en verkocht hij deze als ze tegen hun faire waarde noteerden en hij herhaalde dit keer op keer. Saai was leuk (en winstgevend) voor hem.
Buffett verkocht zijn aandelen Coca-Cola nooit, zelfs niet toen de waarderingen duidelijk te duur waren en de vooruitzichten voor toekomstige winsten hierdoor middelmatig waren in 2000.
Het goede nieuws voor Buffett … Hij blijft passief inkomen vergaren uit zijn belegging in Coca-Cola, en die dividenden zullen met de tijd blijven stijgen (wat niet te zien is op de grafiek). Goede bedrijven blijven de geduldige belegger belonen. “Time is the friend of the wonderful business”
Waar focussen we best op, Groei of Waarde?
Op deze vraag kom ik tot dezelfde conclusie als bij mijn artikel over kwantitatieve of kwalitatieve analyse… Er is geen juiste of foute manier. Het hangt af van verschillende factoren, waarvan de belangrijkste uw eigen persoonlijkheid en uw kennis is.
Mijn eigen mening: Ik denk dat de twee manieren van werken dezelfde zouden moeten zijn. Het is beide waardebeleggen. Het zijn gewoon verschillende manieren om de waarde te interpreteren. Coca-Cola had duidelijk een enorme waarde begin 1990 toen Buffett deze kocht. Schloss en andere Deep Value volgelingen van Graham vinden constant waarde en maken consistent winsten.
Buffett en anderen zoals hij, gaan voor de jackpot. Ze zoeken de grote winnaars die ze kunnen houden voor lange periode. Schloss en Graham gaan voor de kleinere (zekerdere) winsten en door deze aan elkaar te knopen komen ze door de magie van samengestelde intrest stap voor stap tot geweldige resultaten.
Deze discussie is er één die zich al jaren evolueert in mijn eigen geest. In het begin was ik een echte deep value belegger, 100% vertrouwen op de cijfers en stap voor stap met winsten tot 100% het vermogen opbouwen.
Nu zoek ik, terwijl ik de strategie van deep value blijf toepassen, ook naar die uitzonderlijke 10-baggers (en ik heb bijna mijn eerste binnen met Picanol). Maar de margin of safety blijft het centrale punt van mijn strategie. Zonder een voldoende veiligheidsmarge tegen mogelijke redeneringsfouten, blijf ik van elke belegging weg, hoe veelbelovend de groei ook mag lijken.